Barcelona-norm in Antwerpen eindelijk gehaald

De Barcelona-norm stelt dat minstens 1 op 3 kinderen jonger dan 3 jaar een plaats in de kinderopvang moet hebben. Hoewel voor Vlaanderen deze norm reeds bereikt werd, was dit voor Antwerpen tot voor kort nog steeds niet het geval. Dankzij een doordacht beleid en gerichte investeringen haalt ook Antwerpen nu deze norm.

In 2002 werd in Barcelona afgesproken dat minstens 1 op 3 kinderen jonger dan 3 jaar een plaats in de kinderopvang moet hebben. Voldoende kinderopvang is namelijk belangrijk om zowel mannen als vrouwen voldoende kansen te geven op de arbeidsmarkt en voor een goede balans tussen werk en privé.

Als grootstad kampt Antwerpen met veel grootstedelijke uitdagingen. Zo spreekt bijvoorbeeld ruim de helft van de geboren kinderen in Antwerpen thuis geen Nederlands en ruim een vierde van de geboortes vindt plaats in een kansarm gezin. De problemen waarmee Antwerpen als grootste stad van Vlaanderen geconfronteerd wordt vereisen uiteraard een specifieke aanpak.

Bij mijn aantreden als schepen van kinderopvang in 2013 kampte Antwerpen met een historisch tekort aan kinderopvang. We scoorden zelfs het slechtst van alle Vlaamse centrumsteden. Er was een tekort van maar liefst 1.831 plaatsen. In plaats van de voor de Barcelona-norm vereiste 33% haalde Antwerpen slechts 24,7%.

Paradoxaal genoeg kampte Antwerpen met grote tekorten aan opvangplaatsen terwijl veel zelfstandige kinderopvanginitiatieven lege plaatsen telden. Dit komt omdat er te weinig Vlaamse middelen zijn om voldoende kinderopvang op basis van inkomen aan te bieden. Veel ouders kunnen simpelweg de hoge kostprijs niet betalen, waardoor er verschillende plaatsen leeg bleven. Ik heb er dan ook bewust voor gekozen om prioritair in te zetten op het ondersteunen van de zelfstandige initiatieven en ze betaalbaar te maken voor onze inwoners.”

De stad koos voor een divers ondersteuningsaanbod. Er werd ingezet op een waaier van (opstart)toelages, ondersteuning van infrastructuurwerken en het betaalbaar maken van de hoge kostprijs van kinderopvang voor de Antwerpse ouders. Deze legislatuur zal de stad meer dan 11,5 miljoen euro uittrekken om Antwerpse ouders financieel te ondersteunen in hun kinderopvang.

Daarnaast werd ook de occasionele opvang sterk uitgebreid. Met deze opvangvorm richt de stad zich tot ouders die snel en tijdelijk kinderopvang nodig hebben om te gaan solliciteren of om een opleiding te volgen. Goede kinderopvang is belangrijk om mensen in moeilijke situaties kansen te laten creëren en grijpen. Een inkomen uit arbeid is en blijft het beste antwoord om niet in armoede terecht te komen.

Met deze aanpak werd op 1 augustus 2017 de Barcelona-norm behaald. Dat is een stuk sneller dan verwacht. Bovendien werd de norm behaald op een duurzame manier waar zowel onze inwoners, onze ondernemers als onze stad voordeel uit halen.

Het behalen van de Barcelona-norm is fantastisch, maar betekent niet het eindpunt. In tegendeel. Ik wil verder gaan en zorgen dat elk kind met nood aan een opvangplaats ook opvang vindt. In 2013 werd geschat dat we daarvoor op 39% moeten mikken, een aantal dat onze burgemeester al eens lachend ‘de Nabilla-norm’ noemde. Wel: ik aanvaard zijn uitdaging en blijf investeren in voldoende, betaalbare, toegankelijke en kwalitatieve kinderopvang!