Arenberg ondersteunt OKAN leerlingen

Cultuurhuizen worden in tijden van corona gedwongen om creatief na te denken over hun invulling. Dat dit ook verder kan reiken dan het eigen podium, toont Arenberg aan.

Arenberg staat klaar om haar ruimtes een alternatieve invulling te geven. Het gebouw staat leeg, maar dat hoeft zo niet te blijven. Als er tijdens een crisis niet vanop het podium een rol gespeeld kan worden, dan neemt Arenberg een ondersteunende rol middenin de samenleving op. In overleg met de Antwerpse wijkverantwoordelijken voor onderwijs, stelt Arenberg haar deuren open voor OKAN-klassen (Onthaalklassen voor Anderstalige Nieuwkomers) uit de buurt. Er komen vier scholen in aanmerking voor dit project: het Stedelijk Lyceum Quellin, het Koninklijk Atheneum Antwerpen, het Stedelijk Lyceum Offerande en Sint-Lodewijk Antwerpen. Vanaf 25 mei ontvangt Arenberg de eerste leerlingen.

“Vanaf dan staat er heel wat anders op het programma in Arenberg dan gewoonlijk. Omwille van corona zal Arenberg een tijd lang geen muziek, theater, comedy of literatuur tot bij de mensen brengen. Maar dat wil niet zeggen dat hun rol tijdelijk uitgespeeld is. Arenberg zet intussen haar deuren open en blijft haar maatschappelijke rol ten volle waarmaken. We programmeren de ruimte voor een kwetsbare groep die deze momenteel goed kan gebruiken.”

Op deze manier ondersteunt de stad met Arenberg leerlingen die nood hebben aan een aangepaste, veilige en rustige ruimte met voldoende voorzieningen om te studeren, taken te maken en begeleiding te krijgen. Dit initiatief is een aanvulling op de normale schoolwerking. Tegelijk kunnen de zalen in Arenberg gebruikt worden voor klassen waarvoor in het eigen schoolgebouw te weinig ruimte overblijft en waar de nood aan begeleiding groot is.

Arenberg zorgt voor onthaal, bestickering, een hygiënische en ontsmette omgeving, tafels, stoelen, wifi,… de deelnemende scholen brengen hun eigen pedagogisch personeel mee. Laptops worden voorzien via de webpunten.

Dit project komt tot stand in samenwerking met collega’s Jinnih Beels, schepen voor onderwijs en Claude Marinower, schepen voor digitalisering.