Dag van de Kinderopvang

Vandaag vond in Zaal AthenA een eerste ‘Dag van de Kinderopvang’ plaats, georganiseerd door de Federatie Kinderopvang. Met veel plezier ging ik spreken over hoe Antwerpen in sneltempo haar achterstand ten opzichte van de Barcelona-norm wegwerkte, hoe we zelfstandigen aanmoedigen om een kinderopvang te starten en hoe we van kwaliteit een prioriteit maken binnen ons opvangaanbod.

Sinds 2012 telt Antwerpen ruim 8.000 geboortes per jaar. Hiermee zijn we koploper in Vlaanderen. 1 op de 8 kinderen in Vlaanderen wordt geboren in onze stad. Dat zorgt uiteraard voor heel wat uitdagingen.

Toen ik in 2013 in Antwerpen schepen voor Kinderopvang werd, kampte onze stad met een groot tekort op het vlak van kinderopvang. Er moesten meer dan 1.800 plaatsen bijkomen om de Barcelona-norm te behalen. De Barcelona-norm? Die stelt dat er voor 1 op de 3 kinderen tussen 0 en 3 jaar een plaats in de kinderopvang moet zijn. In Antwerpen was dat 5 jaar geleden verre van het geval.

Het wegwerken van ons tekort ten opzichte van de Barcelona-norm was ambitieus. Maar op 1 augustus 2017, ruim een jaar sneller dan de meest gedurfde voorspelling, klokte Antwerpen af op 33 procent. Bovendien vergrootten we niet enkel het aanbod, maar steeg ook de kwaliteit en maakten we de prijs voor werkende en werkzoekende ouders betaalbaar.

Hoe hebben we dat gedaan? Door sterk in te zetten op de groei van onze zelfstandige sector. Bewust kiezen we er voor om de eigen stedelijke kinderopvang niet uit te breiden. Via verschillende mechanismen stimuleerden we als stad de groei van de zelfstandige kinderopvangsector. Kortom: we werken echt samen met ondernemers op het terrein.

Ik denk hierbij aan de kinderopvang toelage die een enorme boost gaf aan de sector. Ook denk ik aan onze pre-subsidiëring met ondertussen drie oproepen én honderden nieuwe plaatsen plus plaatsen die omschakelden van vaste prijs naar IKT-tarief.

Verder zijn er nog tal van toelages die onze ondernemers een duwtje in de rug geven, zoals onder andere onze infrastructuurtoelage, onze opstarttoelage, onze kwaliteitstoelage, onze ondernemerstoelage, onze toelage brandcontrole, onze toelage geluidsbeperkende maatregelen.

Ook kozen we ervoor om stadspanden te renoveren en ter beschikking van de markt te stellen. Dat is goed voor meer dan 300 bijkomende plaatsen in acht stadspanden. Net voor de zomer vierden we op Nieuw Zuid de oplevering van een gloednieuw kinderdagverblijf. Hier worden binnenkort 54 plaatsen aangeboden via een private partner.

En de stedelijke kinderopvang? Die optimaliseerden we zoveel mogelijk door kleine verouderde locaties te integreren in grote duurzame gebouwen.

Graag vermeld ik ook onze keuze voor een sterke digitale organisatie. Via onze online kinderopvangzoeker kunnen initiatieven hun open plaatsen publiceren en ouders hun aanvraag plaatsen en opvolgen. Dat is makkelijk, snel en transparant.

Dat is een hele bundel maatregelen. Allemaal hebben ze bijgedragen tot het behalen van onze kinderopvangdoelstellingen. Toch is het belangrijk om nog een laatste bouwsteen te vermelden. Een laatste, maar daarom zeker geen minder belangrijke. In tegendeel. Ik wijs graag op het belang van samenwerken. Het belang van netwerken. Het belang van ideeën en ervaringen uitwisselen en zo samen de lokale uitdagingen aangaan.

Door als sector samen te werken verhogen we de kwaliteit van ons aanbod. Dat is belangrijk, want kwalitatieve kinderopvang is cruciaal in de ontwikkeling van een kind. De positieve effecten van voorschoolse opvang zijn jaren later nog zichtbaar.

Graag bedank ik de Federatie Kinderopvang voor de prima samenwerking, voor de ondersteuning van de sector en voor de organisatie van dit boeiende evenement. In het bijzonder bedank ik Hilde Van de Velde , Jan Sap en Wim Van Esch. Als schepen voor Kinderopvang is het een plezier om partners zoals jullie te hebben.

Op 1 augustus 2017 behaalde Antwerpen de Barcelona-norm. Dat was alles behalve een eindpunt. De komende jaren blijven we verder investeren in meer opvangplaatsen. Momenteel scoort Antwerpen rond de 35 procent. De volgende stap is om op 39 procent te komen, de reële nood van Antwerpen na een behoeftestudie. Een percentage dat onze burgemeester wel eens ‘de Nabilla-norm’ noemt. Wel, ik aanvaard zijn uitdaging en blijf keihard werken aan voldoende duurzame, flexibele en kwalitatieve kinderopvang voor elk kind dat nood heeft aan opvang.